Wortels

Sinds de lancering van de nieuwe Schijf van Vijf worden we overspoeld met adviezen over gezonde voeding. Nederland eet nu super gezond, drinkt gezond en sport zich fit en slank. Als de ziekenhuizen nu niet leeg lopen weet ik het niet meer. Dit schrijfsel kan daar niets meer aan toevoegen en gaat dus ook niet over die gezonde oranje groente. Ik moest er trouwens niet aan denken om erover te schrijven, want het is niet mijn favoriete groente. Geef mij maar rode kool.

Ik heb het over de andere betekenis van het woord ‘wortels’. Over het geworteld zijn, over onze ‘roots’. Eigenlijk  gaat het over het begin van ons leven. Waar liggen je roots? Die van mij  liggen in een warm en hecht gezin, waar ik me veilig en geliefd voelde door mijn ouders,  broer en zussen.  Dankzij de liefde die ik vroeger kreeg kan ik ook mijn eigen gezin liefde en warmte geven. Gewoon, omdat ik dat van huis uit heb meegekregen, niet omdat ik zo lief en goed ben. Ik kreeg het gewoon gratis mee.

Ik werd geboren in het dorp waar ik nu nog woon, heb een aantal jaren in een ander dorp gewoond, maar kwam na mijn huwelijk terug in mijn geboorteplaats. Ik voel me hier thuis en dus is verkassen geen optie. Natuurlijk kan ik genieten van het natuurschoon in ons mooie land en ik ben en blijf gek op alles van Friesland, tot en met die prachtige taal. Maar zelfs daar wil ik niet wonen.

Mijn gelovige roots liggen in de gereformeerde kerk. Ik ging elke zondag mee naar de kerk en wist dat mijn ouders geloofden, al werd er niet veel over gesproken. Gelukkig had ik ouders die wars waren van schijn, kerkisme en wetticisme, dus ik bond in de winter op zondag vrolijk mijn schaatsen onder en als ik wilde zwemmen op zondag mocht dat ook. Op elfjarige leeftijd begon ik met schrijven en in mijn gedichten kwam vaak het geloof aan de orde, want dat hoorde bij mijn leventje. Ik geloofde in God, maar had nog geen persoonlijke relatie met Hem. God was in mijn leven, maar wel aan de zijkant. Ik weet nog wel dat ik eens in de bus zat en sterk het gevoel kreeg dat ik niet alleen was en dat God bij me was.

Het leven kabbelde lekker verder, ik werd onderwijzeres en genoot van de kinderen en het lesgeven. Ik trouwde met de liefste onderwijzer van de hele wereld, kreeg kinderen en was gelukkig.  Door een paar miskramen kwamen er wat barsten in het geluk. Toen mijn vader op 64-jarige leeftijd plotseling overleed en mijn schoonmoeder van 53 negen dagen later kwam er een knoert van een scheur in. Ik was echt verscheurd door verdriet, werd nog zenuwachtiger en banger dan ik al was en bovendien boos. Op God. Er volgde een vreemd jaar; een jaar vol vreugde om de geboorte van onze jongste zoon en een jaar stikvol verdriet om de dood van twee geliefde ouders.

Na dat jaar stuurde God een wedergeboren dominee naar ons toe.  Hij vertelde ons over de allesoverheersende liefde van Jezus Die ook voor ons verdriet was gestorven. Op die avond namen we Hem aan als onze Redder en leerden we Hem kennen als onze Trooster. Zijn Aanwezigheid vulde onze kamer als een wolk en tijdens het zondaarsgebed verliet het verdriet ons, kwam Zijn Geest binnen en werden we gevuld met vrede en blijdschap. Sindsdien liggen mijn geloofs-roots in Jezus, wandel ik in Hem, ben ik geworteld in Hem en word ik opgebouwd in Hem ( Kolossenzen 2:7). Hij heeft mij compleet veranderd en staat al dertig jaar heerlijk centraal in mijn leven. Hij heeft door het geloof woning in mijn hart gemaakt en geworteld en gegrond in de liefde kan ik, samen met alle heiligen, bevatten hoe groot de breedte en lengte en hoogte en diepte van Zijn liefde die alle kennis te boven gaat, is ( Efeziërs 3:17). En die is enorm! Mijn leven getuigt van de liefde van mijn Trooster sinds ik door genade in Hem ben geworteld. Ik ben geen liefhebber van oranje wortels, maar  de roots van Jezus zijn echte aanraders. Ik smul er nog elke dag van! Ze zijn gratis en voor iedereen verkrijgbaar. Tast toe!

Gerry